Syrië
Syrische hamsters komen uit de woestijngebieden van Syrië en zijn zonder meer de populairste hamsters. Aan het einde van de 18e eeuw werd er voor het eerst melding ggemaakt van deze hamstersoort. De eerste tastbare bewijzen werden geleverd door de heer George Waterhouse zoöloog. Hij bezocht Syrië in 1839 en stuur daar vandaan een hamsterschedeltje en pelsje naar een museum in Londen. Voor zover bekend heeft de Britse consul in Syrië, Skene, de eerste levende hamsters naar Engeland gebracht maar er zijn geen afstammelingen bekend. De Syrische hamsters die wij kennen stammen vrijwel allemaal af van de dieren die professor I. Aharoni heeft gevangen. Hij stuurde vanuit de universiteit in Jeruzalem nakomelingen van zijn gevanen dieren naar laboratoria, dierentuinen en universiteiten in Engeland en Amerika. Via de universiteiten kwamen de hamsters bij particulieren terecht en het diertje werd binnen vrij korte tijd populair. De eerste hamsterclub ter wereld werd opgericht in 1945 in Engeland. In de beginjaren stond de Syrische hamster bekend als goudhamster vanwege zijn goudkleurige vacht. Omdat hamsters met de oorspronkelijke vachtkleur tegenwoordig in de minderheid zijn heeft men deze naam laten vervallen en noemt men de hamsters naar zijn land van oorsprong.
Kop: breed en stomp met relatief grote ogen, grote wangzakken
Oren: rechtopstaand
Lichaam: gedrongen, breed en kort. Lengte 12 tot 16 cm en het staartje 1 tot 2 cm.
Voeten: voorvoeten hebben vier teentjes en de achtervoeten vijf.
Vacht: kort, wollig, dicht ineengeplant, zacht aanvoelend
Kleur: alle voorkomende kleuren
Gewicht: tussen 120 en 180 gram
Levensduur: twee tot drie jaar
Syrische hamsters zijn solitair levende dieren. Alleen als het echt niet anders kan, bijvoorbeeld wanneer een vrouwtje gedekt moet worden of een moeder haar jongen grootbrengt zijn ze even samen. Zodra de dekking gedaan is en de jongen hun moeder niet meer nodig hebben is er geen sprake meer van samenzijn. Syrische hamsters kunnen elkaar lelijk toetakelen als er geen ontsnappingsmogelijkheid is. Een Syrische hamster dient dus altijd alleen in een kooi gehouden te worden. Ze hebben geurklieren op hun flanken waarmee ze hun territorium markeren. Overdag slapen ze veel en tegen de schemering en ’s nachts gaan ze op zoek naar voedsel. Alles wat eetbaar is wordt in de wangzakken gepropt en naar het holletje vervoerd. Ze kunnen in winterslaap gaan als de omgevingstemperatuur lange tijd beneden de 10 graden Celsius gaat en als de dagen korter worden.
Ze kunnen zowel in een kooi met spijlen als een glazen bak gehouden worden. Een geschikte hamsterkooi heeft horizontale spijlen zodat de dieren kunnen klimmen. Ze slapen overdag en doen dit graag in een donkere beschutte plek. Er dient voldoende nestmateriaal in de kooi te zijn zoals hooi, houtschaafsel, en stukjes papier. Wees terughoudend met krantenpapier omdat de inkt giftig kan zijn. Hamsters zijn heel zindelijk en kiezen meestal één hoekje uit om de behoefte te doen. U kunt in die hoek wat kattenbakvulling leggen. Ze hebben redelijk veel beweging nodig en daarom is een loopradje een dankbaar object in de kooi. Omdat ze goed kunnen knagen is een metalen loopradje beter dan een van plastic. Met lege rollen keuken- of toiletpapier kunnen ze ook uren bezig zijn.
Er is kant en klaar voeding te koop voor hamsters. Een goed voer bevat weinig zonnepitten, geperst gras en pinda’s. Een hamster eet ook graag wat groenvoer zoals broccoli, wortel en appel. Eventueel een of twee keer per week een honden of kattenbrokje of wat meelwormen vinden ze ook heerlijk. Ze hebben veel knaagbehoefte dus een knaagsteen is geen overbodige luxe.
Hamsters zijn schone dieren die hun pelsje goed bijhouden. Ze hoeven dan ook niet gewassen te worden. De nageltjes kunt u af en toe kort knippen. De kooi dient ongeveer een keer per week schoongemaakt te worden. De toilethoek wat vaker schoonmaken. Ze bewaren hun voedsel in hun nest, dus die dient regelmatig nagekeken te worden op bederfelijke etenswaren.
het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes is te zien onder de staart. De afstand tussen de geslachtsopening en de anus is bij de vrouwtjes veel kleiner dan bij het mannetje en bij de vrouwtjes is dat gedeelte kaal. Bij volwassen dieren is het verschil van boven te zien, de vrouwtjes hebben een rond achterwerk en de mannetjes een puntig.