Knaagdiertjes.nl

Alles over knaagdieren als huisdier

Bleke gerbil

Land van herkomst:

woestijngebieden van Egypte, noordelijke delen van Afrika

Korte geschiedenis van het ras:

Gerbils worden ook wel woestijnratjes genoemd maar dit is niet helemaal juist. Gerbils zijn meer familie van de hamsters en woelmuizen dan van ratten en muizen. Ze komen in de vrije natuur vooral voor in woestijngebieden. Dit zijn dorre gebieden met weinig regenval en weinig begroeiing. Ze zijn hierdoor gewend aan een eiwitarm menu en hun spijsverteringsstelsel is hierop aangepast. Om zich te beschermen tegen roofdieren en tegen de enorme temperatuursschommelingen in de halfwoestijnen leven ze voor een groot deel van hun leven onder de grond, in zelfgegraven, ingenieuze gangenstelsels.

Rasbeschrijving

Kop: vrij spits en smal met grote, ronde en donkere ogen,

Oren: relatief groot..

Lichaam: ca. 10 cm, slank met een korte nek. Achterpoten langer dan de voorpoten

Staart: ca. 8 tot 11 cm lang, relatief dik en volledig behaard met een zwarte pluim..

Vacht: kort, tegen het lichaam aanliggend en glanzend.

Kleur: licht tot warm zandkleurig met een subtiele donkere ticking, buik, pootjes en onderaan de staart wit.

Gewicht: 75 – 120 gram

Levensduur: gemiddeld tussen drie en vijf jaar

Gedrag:

Bleke gerbils lijken in veel opzichten op de Mongoolse gerbils en kunnen op dezelfde manier gevoed en gehuisvest worden. Het zijn beweeglijke, nieuwsgierige en boeiende knaagdiertjes die, wanneer ze als jong dier in een groep geplaatst worden, het doorgaans goed samen kunnen vinden. De bleke gerbil blijkt over het algemeen wat meer warmtebehoefte te hebben dan de Mongoolse gerbil. Houd ze dus het liefste binnenshuis.

Huisvesting:

Gerbils kunnen het beste in een grote glazen bak gehouden worden. Ze graven graag dus een bodembedekking van zand, vermengd met houtschaafsel en hooi is een goede keuze. In een mum van tijd graven ze gangenstelsels. Ze kunnen uitstekend springen dus een goede afdekking is nodig. Er behoort eveneens een slaaphokje aanwezig te zijn. Dit kan een houten nestkastje zijn maar ook een omgekeerde bloempot of een stenen hamsterhuisje. Zorg ook voor klimmogelijkheden zoals stukken wortelhout of wat stenen. Er mogen geen loopradjes in staan omdat de Gerbil een gevoelige staart heeft die bij de minste weerstand afbreekt hetgeen kan gebeuren als hij klem raakt in een loopradje. Ze wassen zich graag in schoon, wit zand dat u in een apart bakje in het hokje kunt zetten.

Voedsel:

Gerbils zijn gewend aan een karig menu. Per dier moet u rekenen op ongeveer 10 tot 15 gram voedsel per dag. Gemengd knaagdierenvoer is prima afgewisseld met kleine beetjes dierlijk eiwit zoals meelwormen, bufffalowormpjes en kleine stukjes fruit en groente zoals appel en broccoli. Hoewel de Gerbils in de natuur zelden tot nooit water drinken is een klein drinkflesje geen overbodige luxe. Omdat de knaagtanden doorgroeien geeft u regelmatig wilgentakjes of takjes van fruitbomen om op te knagen.

Verzorging:

Gerbils produceren relatief weinig ontlasting en urine. Ze kiezen meestal een of twee plaatsen om hun behoefte te doen. Als u deze plaatsen één of twee keer per week schoonmaakt en de rest van het verblijf eenmaal in de maand grondig verschoont, is dat meestal voldoende. Verwijder voedselresten dagelijks.

Geslachtsonderscheid:

het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes is te zien onder de staart. De afstand tussen de geslachtsopening en de anus is bij de vrouwtjes veel kleiner dan bij het mannetje.

Copyright 2012 - 2024 Knaagdiertjes.nl